Had ik al verteld hoe gezond ze zijn? Ze bevatten meer vitamine C dan sinaasappels, zijn kijk aan kalium, ijzer en fosfor en zijn zo energierijk als druiven.
Twee tot 5 kg per struik zoetzure vruchten met een bittertje oogst je de komende dertig jaar per struik eind mei, begin juni.
Meerdere rassen bij elkaar geeft meer opbrengst.
'Altai' is een extreem winterharde Slowaakse variëteit.
Blauwe honingbes bloeit in april en de vruchten rijpen in juni.
Rijp zijn ze ook van binnen paars-blauw, onrijp smaken ze bitter. Bij twijfel dus even proeven, ze horen fris-zoet te zijn.
Ze zijn zelfbestuivend maar als je verschillende rassen bij elkaar plant dragen ze beter.
'Wojtjek' is een professioneel Pools ras.
Glanzend purper blad en de hele zomer heerlijk geurende bloemen. Gednoeg reden om deze aan een rek op onze binnenplaats te zetten waar we met Citrus, jasmijn, Trachelospermum en andere geurende planten een geur paradijsje van zijn aan het maken.
Ze kunnen, met steun, 4 meter of meer worden, maar ze bloeien op eenjarige scheuten, dus je kunt ze naar hartelust in vorm knippen.
Deze kruising in 1920 gevonden in
Darmstadt van Lonicera fragrantissima met Lonicera standishii is compacter en lager dan de best forse fragrantissima. De geur is mogelijk nog iets intenser. Verder lijken ze sterk op elkaar.
Ze maakt een struik met doorgebogen vervellende, vriendelijk lichtbruine takken en donkergroen blad.
Als het meezit maakt ze in de zomer donkerrode bessen.
De wondervrucht die volgens sommigen het eeuwige leven dichterbij brengt terwijl anderen wijzen op gifstoffen als atropine die bij de plantenfamilie (aardappel, tomaat) horen. Vast staat dat tussen al dat 'gif' heel veel gezonde vitamines schuil gaan en dat gif met mate ook heel gezond is.
Afkomstig uit China, warmte minnend. Ze groeit verwilderd in onze duinen. Gedoornde struik met smal zilver blad.
De vruchten zijn goed te drogen en lekker in salade.
Een extra zoete, snelgroeiende selectie van deze wondervrucht.
De bessen hebben normaal een bittertje. Dat wordt bij deze selectie gemaskeerd door de extra zoete smaak.
Ze groeien sterk opgaan en vertakken weinig.
Overweeg ze daarom aan te binden. Snoeie om vertakking te stimuleren mag ook.
Ook dit is een lage cultivar met 4 tot 5 meter na 10 jaar. de groeiwijze is conisch, piramidaal. De sterk geurende bloemen zijn halfgevuld. Het blad is koper oranje en harig van onder glimmend donkergroen van boven.
Voor het eerst gesignaleerd in Nantes, Frankrijk 1865.
In strenge winters inpakken met rietmatten of iets anders luchtigs.12
Volle bossige planten ongeveer 130 cm hoog.
Deze Magnolia komt in het wild voor in China en groeit daar op een hoogte van 300 tot 1500 meter. De geurende bloemen hebben een doorsnede van 10 tot 15 cm. Het blad kan 40 cm lang worden.
Magnolia officinalis lijkt sterk op Magnolia obovata. De kans bestaat dat ze bij voortschrijdend inzicht als ondersoort van obovata wordt aangemerkt.
De houpu magnolia, zoals ze ook wel wordt genoemd, vraagt wel wat ruimte.
Als je drie wensen mocht doen en je zou zeggen doe maar wat, dan zou Vance Hooper uit Nieuw-Zeeland hiermee komen. En dat wonder is geschiedt. We sloegen de Europese introductie in 2011 gade en zagen hoe ze werd gelauwerd.
De vervulde wensen: een zeer bijzondere kleur, gezond blad, niet te groot en lange bloei.
Oeps, dat waren er vier.
Magnolia x brooklynensis ontstond in de Brooklyn Botanic Garden, New York, Verenigde Staten, uit een kruising van Magnolia acuminata x M. denudata. 'Yellow Bird' is een verdere verbetering door terugkruising van M. x brooklynensis 'Evamaria' met M. acuminata.
Ze maakt een mooie bolronde tot pyramidale kroon. De bloembladeren zijn breed waardoor de bloemen nog meer op tulpen lijken
Zuilvormen maken nauwelijks en alleen korte vruchtbare zijtakken. Het boompje blijft ongeveer even groot en zuilvormig zodat ze ook nauwelijks plaats innemen. Ze kunnen zelfs als een fruithaagje worden toegepast..
De meeste zuilvormen zijn zelfbestuivend, maar een ander ras in de buurt zorgt altijd voor een betere oprbrengst.
'Bolero' heeft fris zoet-zure appels met een rode blos.
Een van de meest geliefde zoet-zure appelrassen, oranje-geel van schil met roomwit vruchtvlees..
Appelrassen zijn niet, of weinig zelfbestuivend en ook niet elk ras is geschikt als bestuiver.
'Elstar' is redelijk tot matig zelfbestuivend, nog betere bestuiving mag je verwachten van: 'Golden Delicious', 'James Grieve' of 'Jonathan'.
'Greencats' geeft friszure groene appels vergelijkbaar met 'Granny Smith'. De appels groeien bij deze zuilvorm vrijwel tegen de stam aan korte vruchtloten.
'Greencats' is niet volledig zelfbestuivend. Een ander ras in de buurt zoals 'Redcats' zorgt voor aanzienlijk betere oogst.
De appels rijpen in september.
Een grote fris zoetzure redelijk bewaarbare handappel met een fijne rode blos.
Appelrassen niet altijd zelfbestuivend en ook niet elk ras is geschikt als bestuiver. 'Jonagold' is redelijk zelfbestuivend, een betere opbrengst mag je verwachten door er een van de volgende bestuivers bij te planten: Alkmene, Benoni, Discovery, Elstar, Gloster, James Grieve, Jonathan, Laxton Superb, Lombarts Calville, Melrose, Odin of Zoete Oranje.
Al jaren kijken we uit naar de nieuwe roodvlezige rassen, extra rijk aan antioxidanten.
Deze zelf bestuivende zuilvorm blijft laag en smal. Snoeien is niet nodig. Erg leuk om een halfopen haagje mee te maken. Plant in dat geval verschillende rassen om de oogst een beetje te spreiden en voor extra opbrengst door kruisbestuiving.
'Maypole' is goed bewaarbaar en heeft sappig, aromatisch vruchtvlees. De bloemen zijn donkerroze, de schil is donkerrood.
'Polka' is een uitstekend smakende zoet-sappige appel. De vruchten zijn groen-geel met een rode blos. De appels groeien aan kort vruchtlot dicht tegen de stam.
Voor bestuiving is het aan te raden een of enkele andere rassen in de buurt te planten.
Goede bestuivers zijn 'Bolero', 'Greencats', 'Polka' en andere zuilvormen.
Redcats' is een mooie rode appel met een zoete smaak met een klein zuurtje.
Ze is niet volledig zelfbestuivend plant daarom bijvoorbeeld 'Suncats', 'Greencats' of een andere zuilvormige appel in de buurt.
Zuilvormige appels worden 30 tot 40 centimeter breed en groeien nauwelijks in de hoogte. Ze kunnen in pot op het terras, maar dat betekent wel regelmatig bijmesten en water geven. In de volle grond heb je er geen omkijken naar.
'Sweet Love' is een roodvlezig zelfbestuivend, zeer ziekte resistent modern ras uit Zwitserland. De smaak van de fel rode vruchten is zoet aromatisch met een vleugje framboos.
Hoewel ze goed zelf bestuivend is kan het planten van andere rassen in de buurt de opbrengst vergroten.
Liefdesappeltjes.
Verbazingwekkend en bijzonder. De showstopper op Chelsea 2007. In 1957 ontdekt in Mexico en genoemd naar de Californische Mildred Mathias. Desondanks bij ons prima winterhard.
Prachtig grijs-groen blad en mysterieuze hangende groene bloemen met uiteindelijk roze kleuren.
Prachtige familie van selderij.
Toen ons land nog uitsluitend uit oerbos bestond was dit een van de belangrijkste soorten uit de vochtige kruidlaag onder de bomen. Tegenwoordig zou dat look zonder look zijn.
Ze past nog steeds heel goed in ons klimaat. Als je niet op tijd terug knipt kan melisse zich rijkelijk uitzaaien.
Lekker citroenkruid voor je dagelijkse tuinthee en vegetarische champignon ragout.
Een compacte lage muntsoort met purper-rode stengels en bladranden en een opmerkelijke frisse bessen met slagroom en munt geur.
Van muntfanaat Jim Westerfield uit Freeburg, Illinois, die in 1995 met 'Hillary's Sweet Lemon' munt zijn faam verwierf.
Duidelijk een dessert-munt.
Ik vind hem fantastisch Linda zegt "jakkie bah".
In ieder geval echt een spannend geurtje dat inderdaad aan aardbeien kan doen denken.
Met dit soort planten maak je creatief thee of salades met bijzondere smaakjes.
Forever.
Deze smalbladige munt is een van de best geurende die ik ken. Maar het is in dit geval geen munt geur. Citroenverbena geurt meer naar citroen dan citroen. Deze geurt meer naar citroenverbena dan naar munt.
Deze weinig woekerende munt komt oorspronkelijk uit Bulgarije en werd door de scherpe neuzen van Doof- Blindeninstituur 'Storchennest' ontdekt.
Verfijnde verveine.
Dit is voor de afwisseling een keer een Franse introductie.
Ruikt naar Banaan net zoals bananensnoepjes dat doen. Best straf.
Zacht, wat behaard blad. Meer breed dan hoog groeiend, dus perfect voor potten.
Een pittig, maar verantwoord snoepje deze dessert-munt.
Plat groeiende munt met minuscule fijne blaadjes en bloemen. De sterke en heerlijk frisse pepermuntgeur komt bij aanraking vrij. In volle bloei zie je alleen een roze waas over de plant tot je van heel dichtbij de bloemetjes ontdekt. Ze kan in een platte pot op de tuintafel als ruikertje of je rotstuin. En zaait zich prima uit in de kleine kiertjes van een muur. Bij strenge vorst kunnen de plakjes kleiner worden maar in het voorjaar komen ze altijd uit zaad terug.
Verbazingwekkend plat parfum. Vooral in kiertjes.
Een uitstekende keukenmint gevonden in de VS door Jim Westerfield.
Vernoemd naar Hillary Clinton, inderdaad, de plant stamt uit Bill's hoogtijdagen niet die van Hillary, anders was het wel een Verbena geweest.
Zoet en heerlijk ongeveer als Marokkaanse munt met een vleugje citroen.
De beste standaard munt voor alle zoete toepassingen zoals thee en dessert maar ook voor hartige noord Afrikaanse gerechten zoals tabuleh. De geur is zeer zoet en zacht.
Licht gekruld, vrij langwerpig helder groen blad.
Mijn mildste munt.
Iets minder zuidelijk maar toch erg dicht bij Marokkaanse munt.
Kom graag even vergelijken, we hebben beide. Het verschil is klein en onderhevig aan smaak.
Een goede zoete munt voor alle toepassingen zoals thee, dessert en tabuleh.
Even makkelijk als de rest, een van de lekkerste.
Nauw verwant aan Marokkaanse.
Een mooie vorm met een sterk fruitige geur en een lichte gember smaak. Door ons graag in vruchtensap gebruikt. In Vlaanderen is het een voornaam ingrediënt bij de bereiding van paling. Het bont gevlekte blad heeft, mocht je daar van houden, vooral als de planten plotseling hard gaan groeien zeker sierwaarde. Het begint volledig groen in het voorjaar.
Kruising van M. arvensis x M. spicata.
Een van de belangrijkste Amerikaanse productie rassen.
Hier wordt veel op gekauwd door cowboys in de vorm van chewing gum.
De perfecte pepermunt niet alleen voor de barbaren.
Uit Engeland.
Heerlijk geurende en sterke frisse munt.
In het voorjaar is het gladde onbehaarde blad donker bruin. De plant heeft met name door het frisgroene blad het tere uiterlijk van basilicum.
De heerlijke geur zit er in de verte ook in.
Onbetaalbaar, voor de rest Mastercard.
Ik zou er zelf niet op zijn gekomen, die bessen, maar er is een milde fruitige geur aanwezig. Het helpt dat het blad in het voorjaar spectaculair donker, bijna zwart, is. De ogen gaan immers voor de neus in de hiërarchie der zintuigen.
Voor milde munt liefhebbers met iets fruitigs voor je cocktails of Tabouleh.
En om je munt kwartetspel compleet te maken
Er bestaat wat verwarring omdat er twee munten zijn die 'Chocolate' heten.
Dit is de chocolade geurende variant. Dus ruikt deze in de verte iets naar chocolade.
Bovendien is het uitlopende blad in het voorjaar chocolade bruin van kleur.
Een variëteit uit Amerika
Het glanzende rood aangelopen ronde blad is heerlijk fris en bijzonder geparfumeerd.
Het is de eerste munt die na de winter uitloopt met donkergroen rond vlezig blad. Vers geoogste bloemen blijven lang mooi en geurig zelfs in droogboeket. Dit is niet je peper of zoete munt, dit is best straf maar ook fruitig; bijzonder van geur en smaak.
Gebruik het blad eens in een salade of Tabuleh.
Een zachte plant met een heerlijke sinaasappel geur. Het blad krijgt een geel-oranje herfstkleur.
Het blad is heel zacht en glad, dus ook uitermate geschikt als bijzonder dessertblaadje en andere culinaire toepassingen.
De enige Mertensia die in de vollle zon op goed doorlatende grond thuishoort. Het blad is staalblauw aan lange liggende stengels die tot 1 m2 kunnen bedekken. Het smaakt naar oester, vandaar de naam en haar toerpassing in sjieke restaurants.. De blauwe buisbloemetjes verschijnen de hele zomer verspreid door de plant.
Oorspronkelijk afkomstig van de stenige kusten van Canada, Groenland en Spitsbergen. Met de winterhardheid zit het wel goed dus.
Een archetypische vrucht die iedereen kent. (toch?) En ze bewijst dat we veel meer uit de natuur kunnen eten dan op het eerste gezicht aantrekkelijk lijkt. Je moet alleen even weten hoe. Bij de mispel weet iedereen dat ze rot moeten zijn. Maar bedoeld wordt eigenlijk; bevroren. Na een paar nachtvorsten worden ze zoet.
Het is een gemakkelijk zelfbestuivend klein boompje of struik. Een keer in de paar jaar snoeien is voldoende.
Helaas te groot voor verzending.
Deze nieuwe compacte selectie heeft een aangename bolvormige groeiwijze.
Op den duur vult ze makkelijk een vierkante meter.
Omdat dat een paar jaar duurt kun je overwegen te beginnen met drie dicht bij elkaar.
Zachtjes dansend in de wind.
Rijkbloeiend, snelgroeiend en blijft lang aantrekkelijk in de herfst. De uitstraling is wat natuurlijker, wat zachter, het hoogtepunt ligt na de bloei.
Gevonden door Max Riedelsheimer en vernoemd naar een groot Duits botanicus.
Klassiek riet.
Dit tot 2 meter hoge gras met aanvankelijk roze pluimen die naar zilver verkleuren is, zoals de meeste kanjers in dit geslacht, ook een selectie van Ernst Pagels.
De afhangende pluimen vormen een waterval van zilver en roze.
Het blad komt tot 120 cm, de bloemen bereiken een hoogte van ongeveer 190 cm.
Breed blad in een stevige maar laag blijvende pol, stijf recht opgaande aren met vrij losse bloemen.
De bloemen kleuren in het najaar aangenaam stro geel.
Een plant voor vormgevers.
Lange elegant doorbuigende in warme zuchtjes wind wiegende aren heeft dit prachtige in Spanje gevonden gras.
Kan solitair of door een border geweven.
Een van de weinige grassen die ook in een mediterrane border passen.
Er zijn er al zo veel die in je prairie kunnen.
Een hele grote, uit een van onze favoriete grassen geslachten.
Lekker om solitair te plaatsen. Zorg in ieder geval dat de aren vrij staan zodat ze kunnen uitbuigen.
Waanzinnig luchtig, stoer.
Laat maar waaien.
Fijn smal donkergroen blad en zeer luchtige aren die elegant spreiden.
Het meeste effect bereik je wanneer ze vrij of in lage beplanting staan. Ze worden zo'n 40 cm breed.
Zeer makkelijk.
Je kijkt er dwars doorheen.
Heldere bloei, stijf, strak blad. Heerlijke solitair en mijn persoonlijke favoriet onder de pijnpestrootjes.
De luchtige aren bewegen subtiel met de wind mee.
Plant ze als solitair, in de border of op een eigen plekje.
Windwiegertje.
De kleur van deze nog vrij nieuwe nieuwe compacte dwerg werd ergens 'lavendelroze' genoemd zag ik. Misschien kunnen we het dan ook rozen-purper noemen? Kleuren-analfabetie is nog best wijd verspreid.
Dit is gewoon een lekker geurig dwergje met heerlijk pittige eetbare donkerroze bloemen die je uit het kroontje trekt en over je salade strooit.
Hoe moeilijk is dat?
'Beauty of Cobham' is een van de beste klassieke cultivars van Monarda. De roze bloemen met donkerrode schutbladen zijn erg mooi. Helaas wel wat meeldauw gevoelig. Zet hem midden in de border, dan zie je het niet. De plant heeft er verder weinig last van.
Monarda heet 'bergamot' vanwege de heerlijke geur die lijkt op die van Citrus bergamia. Het is een opwekkende, vrolijk makende geur. Je kunt de bloemen in salade strooien en er thee van maken.
Zeer grote fruitig geurende eetbare bloemen, echt waar, kanjers!
Een nog tamelijk recente introductie uit de VS.
De donkere steel en schutblad met lichte bloemen gaan goed samen. De naam wordt regelmatig afgekort tot 'Ou Charm', vooral in Engeland.
'Oudolf's Charm' lijkt op 'Beauty of Cobham' maar dan met iets kleinere bloemen en een nog groter contrast tussen de lichte bloemen en de donkere schutbladen. Bovendien is ze iets resistenter tegen meeldauw.
Heerlijk van geur natuurlijk ook.
Net als 'Blue Moon' een dwergvorm uit de Sugar Buzz serie van Walters Gardens en dus geselecteerd op meeldauw resistentie.
Lekker laag en roze, maar dus ook eetbare bloemen en heerlijk geurend.
De bloemen passen qua kleur beter bij dessert lijkt mij, maar ik weet natuurlijk niet precies hoe creatief je bent.
Aansprekende en goed combineerbare diep rode bloemen. Het bovenste blad aan de bloeistengel, kleurt mee naar rood. Soms wat gevoelig voor meeldauw.
De felste en sterkst geurende cultivar die wij kennen.
De klassieker; deze hebben we 'altijd al gehad'.
Squaw' is verbeterde 'Cambridge Scarlet' voor wat meeldauw gevoeligheid betreft. Ze hebben dezelfde bloemen en ook de geur komt overeen.
De bouw van de plant is er helaas iets minder op geworden.
Goed geurend rood.
Een van de beste onder de moderne cultivars. Hoog, donker paarsroze, en lang doorbloeiend.
Redelijk meeldauw resistent en standvastig.
Net als bij de andere Hanekammen pluk je de bloemen uit het bloemhoofd om ze over je salade te strooien.
Het sierlijk lichtgroen vijgenblad verraadt verwantschap.
Vruchten beginnen groen-rood en kleuren later bijna zwart. De op bramen lijkende vruchten zijn zacht en zeer zoet. Eet ze rijp, liefst van de grond geraapt.
Een sierlijke, prima winterharde kleine boom.
Enige minpuntje is dat de vruchten vlekjes op terrasstoelkussens kunnen veroorzaken. Je luie stoel zet je beter onder een andere boom.
Deze mini moerbei gevonden door Hajime Matsunaga uit Japan, draagt over een lange periode, van eind juni tot oktober, zoete vruchtjes op eenjarig hout. Je mag haar dus ook in het voorjaar snoeien. Dat is niet altijd nodig, ze blijft vanzelf vrij compact en is, zoals alle moerbeien zelfbestuivend.
Ideaal voor wat kleinere tuinen of zelfs in pot op een balkon.
Ze is wat vorst gevoeliger dus beschut planten en in pot koel en donker in een schuurtje.
Snoepjes boompje.
Roomse kervel komt oorspronkelijk uit mediterrane berggebieden. Ze komt in Nederland verwilderd voor.
Toen we nog verse kruiden aan de groothandel leverden mochten we er grote bossen van snijden. Daar werd meestal kruidenboter mee gemaakt. Het blad maakt deel uit van het Gelderse'Kruutmoes'. Ook de zaden zijn eetbaar. Als vaste plant is ze veel makkelijker dan eenjarige echte kervel. Je kunt er ook stiekem kervelsoep mee maken. Zeer geliefd bij nuttige insecten.
Sinds 1600 een van de eerste gekweekte narcissen. Ze is standvastig, sterk geurend en bloeit lang na de gewone narcissen.
Ik ben niet zo'n bloembollen fan. Maar dit is een oorspronkelijke vorm met een natuurlijke uitstraling die mij erg aanspreekt.
Wild in midden Europa, Spanje, Frankrijk tot de Oekraïne. Verwilderd in Engeland, Duitsland en zelfs België.
Misschien plant ik ze allemaal in een van mijn biotoopjes en laat ze dan ontsnappen.
Zacht fijn blad en subtiele aartjes.
Of het nu bloeit of net niet meer is slecht te zien. Dit gras ziet er altijd even geweldig uit. Ook in de winter.
Liever niet knippen, zeker niet als ze niet aan de groei zijn. Hoeft ook niet, je trekt het dorre blad er in het voorjaar makkelijk uit.
Het waait lekker met elke wind mee.
Plant het overal massaal tussen, (denk aan Echinacea en Salvia) het is heerlijk.
Waar het kan laat je de zaailingen staan.
Dit is een blij makend goede nieuwe Nepeta. Ze is compact en laag, maar bloeit bovendien van kop tot klauw, vanaf de grond dus. Ze heeft donkere stengels en als de bloemetjes uitvallen zijn ook de rode calyxen nog sierlijk. Als het echt over is mag je haar diep terugknippen voor herbloei.
Ze bloeit relatief vroeg en lang.
Makkelijk en.... Purr-fect.
Hier kun je op bouwen; grijzig blad, doorbloeiend, gemakkelijk.
Ik raak nog wel eens verstrikt in discussies met klanten die een lage zoeken wanneer ik deze aanbeveel boven de volgens hen lagere 'Walkers Low'. 'Six Hills Giant' is lager, groeit meer in de breedte en heeft een iets zachtere kleur. 'Walkers Low' is vernoemd naar een tuin met die naam.
Als de bloei wat minder wordt; afknippen tot de grond, dan beginnen ze opnieuw. Dat kan wel drie keer per jaar.
'Bramdean' is een wat hogere cultivar van kattenkruid met extra lange bloeisteggels.
Knippen geeft herbloei.
Super sterk en makkelijk snel vullend.
Wij adviseren Nepeta als alternatief voor lavendel in de halfschaduw.
De zacht-roze bloemen en rode kelkblaadjes scheppen samen de diepte die de naam suggereert. In Nederland ontstaan bij Coen Janssen toen hij wat zaad dat hij van Brian Kabbes kreeg uitzaaide. Daar zijn collega's voor.
De plant werd in Engeland benoemd. Men vond het een zeer mooie, makkelijke en bruikbare plant.
Lekker doorbloeiend wit semi-kruipertje met zilverachtig blad.
Dit sneeuwvlokje heeft een lichte voorkeur voor een droge, warme, zonnige borderrand maar kan ook vakken in de halfschaduw vullen.
Eenvoudig randplantje.
Lang bloeiend met sprekende 4 cm lange blauw-paarse bloemen rondom de stengel in etages.
Een sterke en gemakkelijke vaste plant. Ze kan helaas na jaren soms plotseling verdwijnen dus misschien is ze wat kortlevend.
Geweldig in combinaties met bijvoorbeeld Helenium of Achillea.
Die donkere etage aren heb je gewoon nodig.
De lage vorm van Siberisch kattenkruid.
Deze intens blauw bloeiende lage randplant vormt een eigen categorie, een klasse apart vanwege de betoverend diepe kleur, scherpe tekening, de grote bloemen en rijke bloei. Om een of andere reden is ze wat kritischer op drainage.
Het blad sterft 's winters volledig af. De meeste andere soorten hebben dan alvast wat nieuw blad aan de basis.
Knippen is niet nodig.
Deze zeer recente introductie vormt compacte lage struikjes van 30 cm hoog en 40 cm breed.
Ze bloeien, als je de uitgebloeide bloem af en toe verwijdert de hele zomer door. Je mag ze tussen door ook een keer tot de grond afknippen.
Zeer makkelijke planten.
Make your cat purr.
Deze gestekte vaste basilicum verdraagt koude beter dan de gezaaide rassen die al bij plus 10 beginnen te 'bevriezen'. Maar hij is absoluut niet winterhard. Binnen overwinteren dus als je hem wil overhouden.
Hij lijkt sterk op 'Magic Mountain' maar blijft lager en heeft een iets andere kleur.
De bloei is net zo fantastisch.
De smaak is wat minder dan die van klassiekers zoals 'Genovese' en 'Marseillais'.
'Magic Blue' is een fantastisch geurende en sierlijke potplant die je bovendien in de keuken kunt gebruiken.
Een vaste basilicum. Niet alleen keukenkruid, maar bovendien een prachtige bijzonder rijk bloeiende en zalig geurende potplant met sierlijk purper getekend blad.
Deze gestekte planten verhouten en zijn veel sterker en koude bestendiger dan de gezaaide. Knippen om ze van de bloei te houden ga je hoe dan ook verliezen.
Snel weer weelderig bloeiend.
Binnen overwinteren boven 15 graden.
Een verbetering van de traditionele Thaise Basilicum. Donker groen blad met contasterende donkerrode stelen en knoppen waar weer bijna witte bloemen uitkomen. Wordt aan tafel vers toegevoegd aan curries en noodle-gerechten. Anijs-achtige smaak. All-American winnnaar van 1997.
Kaneelbasilicum is gewone Genovese maar dan extra extra sterk. De tuinman van Sai Baba gaf ons via via deze als 'heilige' basilicum wat officieel niet klopt. Maar goddelijk zijn ze allemaal.
Deze is extra sterk geurend en dieper gekleurd.
De geur alleen is eigenlijk al genoeg.
Deze gestekte basilicum is speciaal voor de professionele teelt geselecteerd op koude bestendigheid. Zoals ik elders schreef: Basilicum bevriest al bij plus tien. Deze kan dus iets meer hebben.
Dat wil niet zeggen dat 'Coldasil' winterhard is. Je zet haar nog steeds het beste in een pot.
Ze bloeit niet snel waardoor je er langer van kunt oogsten.
De smaak is vergelijkbaar met 'Genovese'. Het blad is wat dikker en steviger.
Een meeldauw en Fusarium rersitent professioneel Genovese type met een sterke klassieke Genovese smaak.
Compact groeiend.
We proberen te voorkomen dat basilicum gaat bloeien. Dat doen we door steeds de toppen die naar bloei neigen te oogsten. Zo heb je de grootste opbrengst.
'Genovese' is het belangrijkste ras voor keukengebruik. Grote zachte bladeren, zeer geschikt voor culinair gebruik. Snelgroeiend en bijzonder goed van smaak.
Doordeweekse basilicum zeg maar.
Basilicum heeft veel warmte nodig en geen direct fel zonlicht. Water geef je ze het beste via een schoteltje onder de pot om stengelrot te voorkomen.
"Geen ziekte bezoekt een huis met en koe en een Tulsi-plant". Een eindeloze opsomming medicinale toepassingen staan beschreven in het Indiaase boekje over Tulsi dat begint met die spreuk.
Basilicum is een liefdeskruid bij uitstek. Tulsi is dat in het bijzonder. Van de verhoutte stengels worden in India bidkettingen gemaakt. De plant heeft een wierook / kruidnagel geur. Ver van de ons vertrouwde in de Mediterrane keuken gebruikte Genovese types.
Heel fijntjes is deze hop-marjolein met bellen die bij een wat oudere plant lang uitgroeien.
De bellen zijn veel kleiner en fijner dan die van 'Kent Beauty' maar uiteindelijk wel langer.
Ze is prima winterhard qua temperatuur; hoe kouder hoe beter. Maar ze staat daarbij wel graag droog.
Een typische bergplant zoals je ze in Turkije en Syrië wel tegenkomt.
Een supersterke en makkelijke nog vrij onbekende hopmarjolein.
Uitstekend winterhard, probleemloos in de volle grond, maar ook prima in pot.
Heerlijk sterk van geur maar misschien te mooi om te eten.
Een geweldige, welriekende fee.
Een Origanum voor de beestjes en de bloemetjes, rijk en lang bloeiend en goed voer voor nuttige insecten.
We kennen Origanum laevigatum als een soort met wat langgerekte open aren. Bij deze selectie is de bloei veel voller.
Dit is een waardevolle sierplant die zelfs als snijbloem inzetbaar is.
Een subtiel geurtje, maar niet voor je keuken dus.
Deze 'hop-marjolein' bloeit in prachtige roze 'hopbellen'. Ze steekt wat geur betreft, echte oregano naar de kroon. Maar een plant van dergelijke schoonheid eten we natuurlijk niet op. Prima winterhard want haar ouders komen uit de koude Turkse bergen.
Zorg dat deze beauty droog staat. Knip regelmatig terug, dat versterkt de plant en ze kan daardoor wel drie keer per jaar bloeien.
Aanbevolen voor keuken gebruik als het een uitstekend winterharde moet zijn.
Ook zeer geschikt als rijk bloeiende bodembedekker in de volle zon. De geur is bijna zo sterk als die van Origanum majorana, de echte oregano.
De krachtigste marjolein dus.
Heerlijk voor keukengebruik en betrouwbaar vast.
Deze goed geurende marjolein wordt in Italië veel toegepast in de kruiden pottenteelt.
Vergeleken met Origanum majorana ('Italian') heeft deze een duidelijk mildere smaak. ook Origanum vulgare 'Compactum' heeft een iets sterkere smaak.
Heerlijk fruitig van geur.
De witte vorm van de bij ons inheemse marjolein. Een kalkminnaar, en zonaanbidder uit het zuiden van het land.
Veel nuttige insecten hebben hier baat bij.
Gewone maar dan wit bloeiende marjolein. Wild gevonden in ons Limburgs land.
Dus zeer bijzonder.
Een sterk geurende en gepeperde oregano met lekker grijs blad.
Niet dus die zoete voor bij de pasta.
De smaak houdt het midden tussen bonenkruid en peper.
Verdraagt strenge vorst veel beter dan vocht.
Een Hollandse klassieker uit 1952. Veel in gebruik als snijbloem, maar ook zeer geschikt als tuinplant.
Zeer groeikrachtig en rijk bloeiend met veel zijknoppen. De zacht zalm kleurige bloemblaadjes verkleuren naar wit. Dat geeft een dynamisch beeld.
De geur is niet erg sterk. Best wel wat steun geven vanwege de rijke bloei.
Teer vuurwerk afkomstig van een van mijn favoriete botanische pioenrozen; Paeonia peregrina.
Deze cultivar staat daar dicht bij en bevat het beste van wat peregrina te bieden heeft.
Net als alle enkelbloemige valt ook deze nooit om tijdens de bloei.
Een van de makkelijkste boompioenen. De bloemen geuren heerlijk. De struik heeft een ruige vorm.
De enige Pioen die zich ook op zandgrond nog redt.
Omdat ze gezaaid worden kan de kleur van de bloemen variëren. Sommige exemplaren bloeien geel of warm oranje terra cotta.
Dit is een half verhoutende kruising tussen de gewone, kruidachtige pioen en een Chinese rockii boompioen.
Ze heeft semi dubbele bloemen aan steviige rechtopstaande stelen. Ze worden heel oud en elk jaar mooier met meer bloemen.
De zacht geurende bloemen hebben een doorsnede van zo'n 20 cm.
De jazz spat er van af.
In 1948 kwam Toichi Itoh uit Tokio op het lumineuze idee om stuifmeel van de kruidachtige Paeonia lactiflora 'Alice Harding' te gebruiken om er de Japanse boompioen 'Katoden' mee te bestuiven. Zo ontstond de fantastische intersectionele kruisingsreeks met boompioen blad en half-houtige stengels.
Ze blijven veel lager dan boompioenen en hebben vaak half gevulde bloemen in heerlijke kleuren.
De Japanse professor Itoh was de eerste die het lukte boompioenen te kruisen met kruidachtige. Deze types staan genetisch ver van elkaar, ze behoren tot verschillende secties. De takken zijn halfverhout en de plant vormt een lage statige struik.
Roger Anderson deed het kunstje van Itoh in 1986 na en kwam zo tot deze. De kleur verloopt van zuiverwit naar diep roze-rood in het hart van de semi dubbele bloem. Ze zijn uitstekend winterhard, traag groeiend maar zeer lang levend.
Intersectionele hybride tussen een boompioen en een kruidachtige soort.
Deze kleur is in deze groep zeer bijzonder en maakt haar tot een kostbare zeldzaamheid.
Naarmate de wortels krachtiger worden worden de bloemen ieder jaar voller. Ze vormt een mooie compacte struik die geen ondersteuning nodig heeft.
De half houtige 'Julia Rose' begint kersroze en verkleurt langzaam via abrikoos oranje naar geel. Op de struik geeft dit een bijzonder tweekleurig effect.
Ze geurt helaas maar weinig of niet. In de vaas doet ze het uitstekend.
Vroeg bloeiend.
Dit is een kruising tussen de gewone, kruidachtige pioen en een Chinese rockii boompioen.
Deze half-houtige planten groeien aanvankelijk traag, maar een volwassen plant kan tot wel 50 bloemen maken.
Ze zijn bijzonder schaars, kostbaar en zeer geliefd om hun bijzondere kleuren en groeiwijze. De geurende bloemen hebben een doorsnede van zo'n 20 cm.
Dit is een bijzondere categorie pioenrozen ontstaan dankzei het lumineuze idee, In 1948, van Toichi Itoh uit Tokio om boompioenen te kruisen met kruidachtige. Deze kruisingen zijn half verhoutend en relatief laag. Ze vertakken in de grond en bloeien meestal 'aankijkend' met heldere aansprekende kleuren.
'Orange Victory' is een in 2001 geïntroduceerde nieuwe kruising volgens dit principe.
'Pink Ardour' is een intersectionele hybride, een kruising tussen een boompioen en een kruidachtige pioen. Deze pioenen blijven vrij laag en compact en verhouten gedeeltelijk. Ze maken elk jaar meer stengels vanuit de grond en zijn zeer standvastig.
Hun kleuren zijn fenomenaal.
Een van de beste gevulde roze. Van roze naar donker roze in het hart op stevige stengels.
Heerlijk geurend.
Dip your nose, cheek to cheek and dance..
Deze 'kom van schoonheid' is een half gevulde kruidachtige cultivar, vroeg en rijk bloeiend roze met een opvallend hart.
Japans type heet dat.
Het krachtige roze wordt geblust door het crème gele hart.
Bloemen van diep donker bruinroood in een half gevulde komvorm naar uiteindelijk openhartige helderrode bloemen. Qua kleur exact mijn ding.
Bovendien heel sterk, rechtopstaand en gezond.
Zeer pompeus prachtig en stevig op eigen benen.
Ook heel geschikt voor de vaas. Geur is helaas maar zwak aanwezig.
De meest geteelde rode voor de snij. Verbloeiend van rood naar roze violet, bij pioen wordt dat al paars genoemd.
Uit 1908 maar nog steeds de meest geteelde rode snijpioen.
Compact, maar toch graag een beetje steun.
Licht geurend.
Halfgevulde rozerode, afkomstig van Orville, de Amerikaanse veredelaar uit Illinois die ook veel Hemerocallis cultivars heeft geïntroduceerd.
Zeer geliefd voor de tuin en als snijbloem vanwege de diep donkere kleur.
Glanzend groen blad dat in de herfst verkleurt.
Sarah is een laatbloeier en een echte klassieker van Lemoine (1906).
Ze bloeit dubbel roze. Het roze is hier en daar geaccentueerd met rode vlekken en lichtere randen aan de bloem blaadjes. Ze hebben een golvende rand.
Sterke snijbloem.
Excellent geurend.
Vroeg, dubbel wit met een vleugje roze als de knoppen net open zijn. Oudere bloemen zijn volledig wit.
Relatief hoog (100 cm), goed geurend.
Stevige lange stelen, ideaal als snijbloem.
Mudan is Chinees voor boompioen. De 'gewone' heten Xibei Mudan. Rockii's worden Ziban Mudan genoemd wat duidt op de zwarte vlekken in het hart. Gansu Mudan, boompioenen uit Mudan, al dan niet met vlekken zijn de uitzonderlijk vitale, goed geurende, extra prachtige subgroep van Ziban Mudan.
"Heldere dauw op een tweehoornige bloem" bloeit rijk met 20 x 6 cm grote bloemen.
'Rou Fu Rong' is een klassieke Chinese boompioen met reusachtige gevuldebloemen. Deze boompioenen staan al meer dan 20 jaar in onze tuin, dus ze gaan nog makkelijk 80 jaar mee. En ze maken elk jaar meer bloemen.
Ze zijn uitstekend winterhard.
Het enige wat ze nodig hebben is diep-doorlatende lemige grond.
Wij vinden ze geweldig en dan vooral die half gevulde waarvan je het gouden hart nog kunt zien.
Deze kleur is ook uitstekend hoewel ze gevaarlijk dicht langs het verkeerd soort roze schuurt.
Dit type boompioen wordt zeer oud en bovendien elk jaar mooier.
Breed uitgroeiende en uitwaaierende pol met roze in de bloemen en diep donker roodbruine herfstkleur. Een inmiddels wat oudere selectie van Kurt Bluemel uit de V.S.
Het feest hier is de elegante breed uitstaande groeiwijze en het diep purperen blad in het najaar.
Een van mijn favoriete grassen.
Grootbloemige vaste papaver in een zeer aangenaam zalm-roze.
Papaver orientale verliest in de zomer na de bloei haar blad.
Zet haar dus vooraan in een border. Maar achter een andere plant die het van haar over neemt.
Eenmaal goed aangeslagen vormt ze een makkelijke polvormende vaste plant
'Monocarp' (eenmaal bloeiend), collega's noemen het vaak tweejarig, is net zoiets als 'Carpe Diem' (pluk de dag). Of zoals mijn guru zou zeggen: "You ought to be digging it while it's happening." (FZ) Meestal is al het tweede jaar een heerlijke wollige wolk op 150 cm hoge purperen stelen je deel.
Ze zaaien zich bovendien rijkelijk uit.
Ik zaai per pot meerdere zaden waardoor je kans hebt op vaker bloei uit dezelfde pot. Genoeg tijd dus voor de zaailingen om het over te nemen.
Deze geurt niet alleen heerlijk, maar heeft ook grote aansprekende bloemen.
Fijn zo'n potplant waar je in het voorbijgaan even je hand doorhaalt om de geur op te snuiven.
Dat geeft mij altijd weer nieuwe energie.
Niet winterhard, dus in de winter achter je slaapkamerraam.
Grote bloemen, fleurige citrus geur.
Het blad heeft de heerlijk frisse geur van een van mijn favoriete zoet-zure snoepjes uit mijn jeugd: cola flesjes.
Nu zonder suiker dus nog onschuldiger.
De bloemen zijn relatief groot voor een geur geranium en beslist niet onaantrekkelijk.
Makkelijk in een pot die je in de winter op een slaapkamer op de vensterbank zet om de lucht te verfrissen.
Heerlijk fris naar komkommer geurend blad en zeer kleine fel rode bloemen.
Het gaat hierbij vooral om de geur. De piepkleine bloemetjes vormen daarop een leuke aanvulling,
In de Barok was geur iets voornaams waar elk middel en zeker ook planten aan mochten bijdragen. Geurgeraniums werden in huis geplaatst waar de geur door wapperende damesrokken werd verspreid.
We hebben een nieuwe koning; de koning van citroen en sinaasappelgeur.
Deze voortreffelijke potplant geurt zo sterk en fantastisch dat je de lieve kleine bloemetjes onverwacht als bonus incasseert.
Als een wolk van genot op je slaapkamer in de winter en je terras in de zomer.
Geur geraniums compenseren vaak hun wat kleinere bloemetjes met hun fantastische geur.
In dit geval is dat rozengeur.
In de winter zet je ze in je slaapkamer want ze zijn natuurlijk niet winterhard. Maar het zijn heerlijke potplanten.
Nu nog een beetje maneschijn.
Deze lieve schat en ik zijn al heel lang vrienden.
Het was een van mijn eerste geurplanten.
En eerste liefdes vergaan nooit. Dit is dus de meest aangenaam geurende plant op aarde.
We maakten voor het eerst kennis in Frankrijk, veel meer wil ik er niet over kwijt.
Je moet haar wel op je slaapkamer overwinteren.
Wild romance.
Een rijk bloeiend fontijngras met dikke wollige aren.
Ze is wat meer natuurlijk van uitstraling dan de meeste voor mij wat al te strakke lampenpoetsers.
In de herfst kleurt het blad oranje, later wordt het donker geel en uiteindelijk resulterend in een beige, zeer goed winterbeeld.
Fijn, strak opgeruimd en uitstekend presterend maar toch nog een beetje losjes.
Het heeft lang geduurd tot ik deze leerde waarderen. Ik vond de lampenpoetsers nogal stijfjes en begon met de wat minder gangbare vormen. In de loop der jaren viel mij op hoe mooi hun winterbeeld is. Tot de winter zijn het nette polletjes die voor siergrassen vrij vroeg bloeien met strakke pluimpjes.
Je ziet ze vaak in grote groepen in de voortuinen van strakke witgeschilderde villa's. Soms met een paar berkenboompjes en verder niets.
Diep donkere poetsborsteltjes.
'Moudry' is een van de strakste en meest contrastrijke lampenpoetsers.
Ik ben zelf geen lampenpoetserfan, juist omdat ze zo strak en opgeruimd zijn, meestal toegepast in tuinen die dagelijks worden gestofzuigd.
Maar deze is zo strak dat het weer aardig wordt. Bovendien blijven ze de hele winter aantrekkelijk.
Laag siergras dat elegant breed uitwaaiert en lang bloeit.
Lastig om niet even aan te zitten of het te aaien.
De juiste bloeitijd voor veel prairie stijl combinaties, maar ook prima als solitair.
Eleganter dan de meeste, lampenpoetsers. Ik vind ze bijna allemaal iets te stijfjes.
Uitstekend winterhard voor een Penstemon, net als 'Huskers Red' maar dan nog veel intensiever van kleur.
Donkerder blad en meer sprekende bloemen. Duidelijk een verbetering denken we.
Met dank aan Dale Lindgren van Nebraska University die er serieus werk van heeft gemaakt.
Het begon allemaal met 'Husker Red', maar ja, ze zijn best makkelijk te zaaien en dus kennen we inmiddels 8 verschillende cultivars van deze zeer winterharde Penstemon.
De naam 'Onyx and Pearls' slaat op het contrast tussen het zwarte blad en de witte bloemen.
Ze heeft tot nu toe het donkerste blad. Ook de bloemstengels zijn bijna zwart.
Wollige bloemkelken aan lange aren, heerlijk zilver grijze stengels en blad.
In het voorjaar knip je ze diep terug; verder geen omkijken naar en gegarandeerd een eindeloos lang bloemenfeest in het najaar.
Ze komen van de ijskoude steppes in de Kaukasus, maar doen het ook voortreffelijk in heet zuid Frankrijk.
Maak je dus geen zorgen als iemand beweert dat deze een beetje bang wordt van vorst.
Onzin: Dit is Genghis Khan lavendel.
De dwergvorm van 'Blue Spire'. Deze dingen komen uit de Mongoolse stenige steppe waar ze samen met Eremurus staan. Ze hebben dus niets nodig behalve zon. Kou deert ze ook niet.
Diep snoeien in het voorjaar.
Deze zilveren droom, samen met Echinacea en Verbena, vormt sinds 2010 de ruggengraat van onze prairie border.
Jelena maakt een nette, compacte bolronde struik die in het najaar voor de helft uit bloemstengels bestaat.
Tegenwoordig is Perovskia officieel ingedeeld bij Salvia. Ik noem ze ook wel Djengis Kahn lavendel vanwege hun herkomst uit de Mongoolse stenige steppe.
Ze zijn zeer winterhard en verdragen elk weertype, inclusief extreme hitte en bittere kou.
Peter Catt van Liss Forest Nursery, Hampshire, Groot-Brittannië is de uitvinder van de beste Russische salie tot nu toe: 'Lacey Blue' en in 2012 introduceerde hij 'Silvery Blue'.
Nog ietsje lager en dus steviger maar vooral vanwege het zeer zilveren blad een opwindende introductie.
Ze zijn allemaal prima winterhard en geurig.
Zilveren Djengis Khan lavendel.
Extra zilver blad en zeer rijke volle bloei kenmerken deze recente dwergvorm gevonden tussen zaailingen van 'Blue Spire'.
Knippen zorgt voor herbloei. Maar doe dat in ieder geval elk voorjaar.
Goed voor een zilveren medaille op Plantarium 2009.
Deze heeft de fijnste wollige bloemen.
Een simpel bruikbaar perfect bodembedekkend ding is dit.
De bloemen verkleuren van zacht roze naar diep purper rood.
Sterk en makkelijk om van die lastige vakjes mee te vullen of voor randjes.
Als ze uitgebloeid raken, wat enig geduld vergt, mag je er met de grasmaaier overheen.
Ik ga hier niet omheen draaien; dit is gewoon een simpele bodembedekker en we zijn er wegens gebrek aan tijd en aandacht nog niet achter welke affinis nu de allerbeste is.
Tot nu toe weten we zeker dat ze onverwoestbaar zijn en allemaal rood en roze tegelijk kunnen bloeien.
Lekker laag zijn ze ook allemaal, dus zijn het perfecte bodembedekkers.
Hier vul je snel grote gaten mee. Het is een ijzersterke robuuste plant die tot diep in het najaar presteert. Eindelijk een die Eupatorium purpureum naar de kroon stoot.
Maak er samen met dat koninginnenkruid en Miscantus zo'n massief stevig najaarshoekje mee.
Een joekel van een dikkerd.
Chris heeft niet ook nog een oranje veld. Deze is afgeleid van 'Blackfield'.
Het is een ietwat elegant doorknikkende aar die naar oranje neigend roze bloeit.
Lekker met blauw en grijs of bijvoorbeeld zo'n porseleinen Clematis x jouiniana.
Even sterk en even makkelijk als de rest.
Chris Ghyselen, selecteert al zeker 15 jaar binnen zijn favoriete geslacht.
Ik herinner me goed hoe hij daar lang geleden over sprak. De afgelopen jaren plukken we de vruchten van zijn werk.
Dit is een zeer korte roze met elegant doorbuigende bloemaartjes.
De laatste en misschien wel meest fantastische nieuwe bodembedekkende Persicaria.
Een recente introductie van Chris Ghyselen, de Belgische tuinarchitect en tevens Persicaria koning. De meeste van onze Persicaria zijn door hem geselecteerd.
Deze nieuwe bloeit rijk en lang met zeer ranke lange bloemstengels.
Persicaria zijn heel sterk en makkelijk en bloeien meestal tot de eerste vorst waarna ze abrupt in elkaar zakken.
Persicaria amplexicaulis 'Alba' kan het schudden, dit wordt de nieuwe standaard.
Rijke bloei met fijne lange, zeer elegant doorbuigende spitse aren.
Net zo onverwoestbaar als de rest.
Met dank weer aan de specialist Chris Ghyselen.
Kroes is mooi, plat is lekker. Topkoks weten hoe heerlijk zoet Italiaanse peterselie is. Ik zou nog verder willen gaan, wanneer je echt drastisch wilt schiften: aan de peterselie herken je de kok.
Als ze na de winter bloeien worden ze een beetje bitter, maar deze kan zich wel in stand houden door zelf uitzaai.
Wellicht het allerbelangrijkste keukenkruid dat er is.
Nog een keer: peterselie is het allerbelangrijkste keukenkruid dat er is. In de rijke plattelands keuken komt het dagelijks op tafel. Mijn Duitse tante heeft een zeer grote moestuin, alle bedden zijn er omzoomd met deze peterselie. Ze produceert er tonnen van. Voor de winter legt ze peterselie in, in zout. Invriezen voor de winter kan natuurlijk ook.
Persoonlijk vind ik de platte lekkerder.
Deze majestueuze schermbloemige kan een beetje tippen aan Ferula. Dus ze is geweldig.
Het blad komt niet hoger dan 70 cm, de rest vormt het transparante bloemstengel festijn. Die stengels zijn bovendien donker purper.
Een zeer bruikbaar verticaal element voor je border dus. Ik denk daarbij aan prairie hoewel ze oorspronkelijk uit zuid-oost Europa komt.
Een blad houdende, half verhoutende vorm met wollig behaard goud-grijs blad.
Ze is probleemloos winterhard in ons klimaat ook al kan ze heel soms tijdens een zeer strenge winter tot de grond terugvriezen. Ze loopt dan altijd weer uit. Wij knippen ze in het voorjaar toch soms tot de grond terug. Dan bloeit ze in het najaar. Zonder terugknippen bloeit ze eind voorjaar/ zomer.
Brandschoon.
Architectuur van het stoerdere, rechtovereind staande soort.
Etage na etage lieflijk roze bloemen aan donkere stelen.
Makkelijk, maar desondanks meer iets voor de gevorderde tuinier omdat die inziet hoe slecht hij zonder deze kan.
Deze vlambloem uit de Oostelijke VS staat van nature in de halfschaduw, tussen struiken of in bosranden.
De bloemen geuren lichtjes. De plant verspreid zich heel geleidelijk, dus niet overrompelend, met worteluitlopers.
'Blue Moon' wijkt af van de wildvorm door brede petalen die volle maan-ronde bloemen vormen.
Makkelijke, lieflijke maanwolkjes.
Sterk geurende bleek-violetblauwe bloemen aan lage planten. Weinig of geen last van meeldauw.
Te makkelijk voor meer woorden.
Na de bloei mag je ze eens flink knippen.
Aangename blauwe wolkjes.
Geurende witte wolkjes die het voorjaarsgevoel aanjagen.
Heerlijk helder, lichtgevend bijna.
Ze verdraagt schaduw wonderwel.
Net als de rest van de kruip phloxjes wolkig en laag, maar dan met een vleugje blauw in het wit.
Voor de zachte kleuren border.
Bloemetjes die zichzelf verkopen.
Vijftien centimeter sneeuwgarantie in mei biedt deze een eenvoudige, gemakkelijke vaste plant waar je grote vakken mee kunt vullen.
Ze staat niet graag al te donker of te droog in de zomer.
Maagdelijk wit.
Het donker purperen blad doorstaat milde winters ongeschonden. Mocht het bevriezen, dan krijg je prachtig nieuw blad in het voorjaar. Zoals meestal; hoe kouder, hoe donkerder. De combinatie met de heerlijke paarse bloemetjes is ook geslaagd. De bloemen zijn diep donker en bijzonder groot voor jakobsladder.
Een geweldige nog vrij nieuwe introductie.
'Stairway to heaven'.
Alleen al vanwege de naam maar ook vanwege de fabuleuse smaak zijn we dol op de reausachtige, stokoude 'Schneiders Späte Knorpelkirsche' in onze schapenweide. 'Dönissens', omstreeks 1824 in Duitsland gevonden, is net zo lekker en ook goed productief. De oogst is relatief laat; vanaf eind juli. Bestuiving kan met de meeste andere rassen uitgezonderd 'Kordia' en 'Techlovan'.
De beste gele.
'Regina' is een kruising uit 1981 van 'Schneiders Späte Knorpelkirsche' (dat zijn de grote kersenbomen op onze kwekerij) met 'Rube'. De kersen hebben een bijzonder goede smaak en aroma en weinig last van barsten, ze rijpen relatief laat, eind juli.
Ze is zelfbestuivend, maar andere kersenrassen in de buurt geven meestal een wat hogere opbrengst.
Dit zijn kleine boompjes, dus goed te verzenden. Omdat ze laag veredeld en als zuilvorm gekweekt zijn blijven ze klein.
'Sylvia' is een vrij late (eind juli), zelf bestuivende zuilvormige zoete kers. Het blijft een smal opgaand, klein boompje, dat weinig snoei vraagt. Als zuilvorm kan ze ook in pot op het terras worden gehouden.
Kruisbestuiving met andere rassen zal de opbrengst verhogen.
In de volle grond hoef je ze ook geen water te geven en vergt ze nog minder onderhoud.
Eindelijk kunnen we ook deze klassieker van voor 1850 uit ons lieve buurland aanbieden. Ze heeft zeer goed smakende grote donkerpaarse vruchten met groen-geel vruchtvlees die vanaf half augustus rijpen. Ze is zeer ziekte resistent.
Ze is prima zelfbestuivend, maar de opbrengst kan worden verhoogd door kruisbestuiving met 'Anna Spath', 'Czar','Monsieur Hatif', Opal', 'Reine Claude d'Althan' en 'Victoria'.
Met mate snoeien in het voorjaar.
Zuilvormige pruimen zijn een recente ontwikkeling. Ze maken hele korte vruchtbare zijtakken waardoor ze als een ± 80 cm brede kolom groeien en snoei vrijwel niet nodig is. Ze kunnen dus ook in pot maar in de volle grond vragen ze veel minder aandacht. 'Mirabelle Ruby' is zelfbestuivend, maar zoals vaak het geval: de opbrengst wordt nog beter wanneer ze worden kruisbestoven, bijvoorbeeld door: 'Mirabelle de Nancy', 'Opal' of 'Victoria'. Het vruchtvlees is geel-rood, de smaak is zoet met een vleugje perzik.
'Opal' is een van onze favoriete pruimen. Ze is gezond, makkelijk en redelijk zelfbestuivend. Ook kan ze als bestuiver een rol spelen voor andere rassen zoals 'Victoria'.
Het vruchtvlees is geel en het velletje heet blauw te zijn, maar dan wel pruimenblauw.
Dit stokoude ras is nog steeds zeer geliefd. In de loop van augustus rijpen de zoete, aromatische, groen-gele vruchten.
Pruimen moeten voor een goede opbrengst worden bestoven door een ander ras. Als je plaats hebt, plant dan bijvoorbeeld een van de volgende rassen erbij, of probeer de buren te overtuigen dat te doen: 'Anna Spath', 'Belle de Louvain', Monsieur Hatif, 'Hauszwetsch', 'Opal', 'Reine Claude Althan', Reine Claude d'Aullins', 'Reine Victoria', 'Czar' of 'Stanley'.
Ook 'Stanley' is zelf bestuivend. Maar als je er plaats voor hebt plant dan een aantal verschillende rassen, zowel om de oogst te spreiden, de opbrengst te verhogen als omwille van de subtiele smaakverschillen.
De grote ovale, sterk berijpte vruchten rijpen omstreeks eind augustus tot half september.
Na de oogst of in het voorjaar licht snoeien in vaasvorm zodat de zon diep in de kroon kan doordringen.
Nog zo'n lekkere pruim, het ljkt wel of we ze `zelf hebben uitgezocht.
Ook deze is redelijk zelfbestuivend hoewel de vruchtzetting altijd beter is als er een ander ras in de buurt staat. In dit geval bijvoorbeeld 'Opal'.
'Victoria' is zoet- aromatisch. Pruimentijd is het eind augustus.
In onze tuin staat een inmiddels redelijk grote, wat rommelige zaailing waar we elke winter de noten van genieten. Ze hebben een wat dikke schil maar smaken prima.
'Robijn' is geselecteerd op resistentie tegen late nachtvorsten.
Dit is een netjes opgekweekt boompje met een mooi rechte stam en een bolrond pruikje.
Het is de eerste fruitsoort die bloeit en dus waardevol voor hommels, bijen en andere insecten.
Deze kreeg in 1999 op het Plantarium in Boskoop heel toepasselijk de zilveren medaille.
Een van de beste volledig zilverbladige vormen. Het glanst warempel in de zon.
De bloemen verkleuren van roze vrij snel naar blauw.
Glimmend van trots nog steeds.
Voor de afwisseling eens aan iets wilder wildemanskruid dan de gebruikelijke ouderwetse zaairassen.
Deze planten zijn ook gezaaid dus de kleur kan variëren van dat bijzonder maan-blauw tot donker paars, heel soms wit.
Deze soort komt wild voor in Europa, Russland, China, VS en Canada. Het is de nationale bloem van Finland.
Paasklokjes zou je ze kunnen noemen deze fijne vroege en best grote bloemen voor zo'n kleine plant.
Als ze het naar hun zin hebben, op een best warm plekje in doorlatende grond kunnen ze hele plakken vormen.
De zaaddozen zijn lollige pluizebollen.
Deze is veel verfijnder dan de andere Pycnanthemum, met haar smal geveerd blad.
Kleine knoopachtige witte bloemen in clusters, de hele zomer
dit is geen muntsoort, maar ze heeft wel een munt-geur.
Het geslacht Pycnanthemum werd vroeger tot de Mentha gerekend.
Een amerikaanse bosrandplant met heerlijk zilveroplichtend topblad.
Een van de beste vlinderplanten die er zijn!
Bovendien heerlijk geurend.
Het blad kun je vers kauwen, of je kunt er thee van maken.
De eerste keer dat ik deze plant met paars gespikkelde witte bloemen en smal grijzig blad uit het zuiden van de VS zag stond er een bordje bij met: Origanum viride. De bijen uit een nabijgelegen korf vlogen er massaal op, zo'n bevlogen plant zag ik daarna nooit meer.
De groeiwijze lijkt inderdaad op die van marjolein. Het is ook een ex-munt: vroeger heette ze Mentha pilosum.
Die muntgeur blijft en wordt na drogen zelfs nog sterker.
De zoet sappige vruchten rijpen eind september en smelten quasi in je hand.
In 1820 gevonden door Bonnet uit Boulogne sur Mer en vernoemd naar
monsieur Hardy, directeur van de 'Jardin de Luxembourg' in Parijs.
Ze kan zich zelf bestuiven maar de opbrengst wordt aanzienlijk verhoogd wanneer een van de volgende rassen in de buurt staan: 'Bonne Louise d'Avranches', 'Charneux' 'Clapp's Favorite', 'Conference', 'Doyenné du Comice', 'Gieser Wildeman', 'Supertrevoux' of 'Triomph de Vienne'.
Als ik twee peren moest kiezen, dan deze en 'Doyenne du Comice'. En gelukkig zijn die twee ook nog goede bestuivers voor elkaar. Lang gelden hadden we een boomgaardje in beheer met vooral 'Conference', de 'Doyenne du Comice' stonden er tussen als bestuivers.
Goed bewaarbaar en lang lekker.
'Decora' maakt een mooie volle zuilvorm. De peren zitten aan korte zijtakken dicht tegen de stam. Uiteindelijk wordt deze zuil 150 tot 180 cm hoog.
Ze is zelfbestuivend.
Houd de zijscheuten kort door ze in de zomer te snoeien tot op enkele centimeters van de stam.
De rode blos geeft het al weg; heerlijk zoet, sappig en aromatische vruchten in september-oktober.
En dit is mijn allerliefste peer. Ze worden ongeëvenaard zacht en sappig wegsmeltend als ze goed rijp zijn.
Ook deze kan een flink stuk de winter in worden bewaard.
'Conference' is een goede bestuiver maar ze kan zich ook redelijk zelf bestuiven. Er kunnen dan zelfs pitloze peren ontstaan.
Gevonden door Comice Horticole de Maine et Loire en in 1849 geïntroduceerd.
'Gieser Wildeman' is goed zelf bestuivend en kan na de oogst begin oktober tot eind januari worden bewaard. eetrijp zijn ze een paar weken na de oogst.
De kleine regelmatig gevormde peertjes worden vooral als stoofpeer gegeten.
Ze kan tijdens 'beurtjaren' een wat lagere opbrengst geven.
Het is een trage groeier, geschikt voor kleine tuinen.
Deze peer maakt geen kroon. De vruchttakken blijven kort dus de heerlijk zoete sappige peren hangen dicht bij de stam. Ze groeit traag en blijft zeer compact. Snoei is vrijwel niet nodig. Zeer geschikt dus voor een kleine tuin, of zelfs in pot.
Ze is bovendien goed zelfbestuivend.
In oktober haal je je plintenladdertje uit de schuur voor de oogst.
'Triomphe de Vienne' is een klassieke peer. Ze groeit snel maar blijft als laagstam klein.
Goede bestuivers: Bonne Louise d'Avranche, Charneux, Clapps Favorite, Conference en Doyenne de Comice.
Onze klas op de landbouwschool bleef een week half leeg toen we een boomgaard 'Triomphe de Vienne' op stam hadden gekocht. In een zwaar overbeladen Dafje vol kratten reden we een deel van de oogst naar Limburg.
Nashiperen komen oorspronkelijk uit China en Japan, maar ze kunnen hier ook goed vrucht dragen.
Ze zijn eenhuizig en kunnen zichzelf bestuiven maar de vruchtzetting is beter als er meerdere rassen worden gecombineerd.
De zoete vruchten rijpen in september en hebben een beetje een karamel smaak. Ze kunnen tot februari worden bewaard.
'Chojuro' is zeer vruchtbaar, een oud Japans ras met goed smakende kleine vruchten.
Een soort peer in de vorm van een appel met een complexe zoete smaak met een vleugje peer, appel en meloen. De dunschillige, middengrote vruchten rijpen eindaugustus.
'Shinseiki' is een kruising tussen 'Nijisseiki' en 'Chojuro'. Ze is zelfbestuivend, maar draagt veel rijker met een ander ras erbij als bestuiver.
Het blijven fijne kleine compacte boompjes
'Tama' is een vroeg ras met kleine zeer zoete vruchten. De vruchten zijn lang bewaarbaar.
Ze bloeien vroeg, maar hebben minder last van nachtvorst dan gewone peren.
Nashiperen kunnen over het algemeen zichzelf bestuiven, maar ze zetten beter vrucht en dragen zeer rijk wanneer je verschillende rassen plant.
.
'Poncho' is een relatief nieuw ras met een goede smaak.
De groenvlezige stengels zijn aangenaam mild, fris zuur van smaak.
Plantafstand: 75 cm.
Je mag stengels oogsten tot de langste dag. Daarna stopt de groei, worden ze te taai en moet de plant weer op krachten komen voor volgend jaar.
Wat mij betreft de ideale combinatie van het beste van zwarte bes en kruisbes. De vruchtgrootte houdt precies het midden. Ze rijpen in juni / juli.
Snelgroeiende struiken zonder doorns die makkelijk tot een leuk mini-boompje te snoeien zijn. Vrijwel onvatbaar voor ziekten.
Commercieel worden ze niet geteeld omdat de bessen te verspreid hangen. Thuis is dat geen probleem.
Goed gesnoeid zien ze er al snel uit als stokoude druivenstokken.
Deze recente introductie blijt laag en compact. Bovendien is ze mild van smaak waardoor ze ook vers aangenaam van smaak is.
Ze is volledig zelfbestuivend, er hoeft dus geen ander ras in de buurt te staan.
De besssen rijpen vanaf juni.
Snoepjes op peuterogenhoogte.
Grote trossen met dikke bessen.
De bessen hebben een zachte cassis smaak en vallen niet van de steel.
Handelbaar dus en zachtaardig van smaak.
Een heel goede zwarte, zo simpel is het.
Dit is geen zinkend schip maar een beste bes.
Een oud standaardras dat herinnert aan hoe we met de tuinbouwschool op excursie bij een bessenteler zagen hoe hij met een stok de takken naar beneden sloeg om ze half gebroken, vruchtbaarder te maken. Makkelijk dus.
Als ze een beetje kwarren knip dan een oude tak diep terug. Is daar een bruine gang te zien knip dan nog dieper tot er geen gangetje meer is. Dat is een mot die zich naar beneden vreet. Vooral bij oude planten.
Deze nieuwe selectie is een van de beste uit het veredelingsprogramma van Lubera uit Zwitserland met als doelstellingen: grotere bessen, betere smaak en gezonde, goed opgaande struiken.
Makkelijk dus, sterk, lekker en gezond.
De bessen rijpen in juli aan lange trossen.
Ook leuk als fruithaagje.
Een gezonde goed productieve professionele cultivar met donkerrode, relatief zoete bessen.
Ze kan prima als losse struik op eigen benen staan, maar professionals telen ze aangeboden aan draad in rijen.
Plant afstand: 0,50-100cm.
Sappige geel witte bessen in gevulde trossen. Zoeter dan rode aalbes.
Begin juli rijpen ze.
Aan de tros zijn aalbessen wekenlang bewaarbaar.
Ze kan prima als losse struik geteeld maar produceert nog beter in rijen aan draad, plant afstand is dan: 50 tot 100 cm.
Voor de gouden eeuw van de eetbare tuin.
Een zeer goed smakende kruisbes die weinig gevoelig is voor aantastingen.
Maar het mooiste is; ze heeft amper doorns.
Dus het plukken voelt minder als een vorm van diefstal waarvoor je straf verdient.
Een makkelijke en gezonde kruisbes dus.
Een rijk dragend, zoet en gezond ras.
Middelgrote weinig behaarde vruchten
die niet snel barsten.
Dit is een meeldauwresistent ras en dat is een van de allerbelangrijkste eigenschappen bij kruisbes.
Als losse struik 1 m afstand houden in rijen 75 cm.
Rijp: augustus - september.
Een ziekte resistente cultivar met mooie ronde rode bessen.
Als losse struik 1 m afstand houden in rijen 75 cm.
Rijp vanaf juli.
De rode zijn wat zoeter.
Het spiegelei papaver spektakel. De bloemen zijn net een omelet.
Zilver-grijs blad, zuiver witte gekreukte bloemen tot 15 cm in doorsnede met een oranje-geel hart.
Ze staan graag droog en kunnen dan fors genoeg worden om er zo trots op te zijn dat je de bloemen gaat tellen. Meestal blijven ze wat lager dan de 2 m die ze kunnen halen Eenmaal aan de gang komen er elk jaar een paar takken bij.
Deze inheemse roos groeit graag in de volle zon in niet te natte kalkrijke grond vaak in combinatie met sleedoorn en meidoorn en in bosranden. Bijen en andere nuttige insecten vinden er hun voedsel en zorgen voor bestuiving. De flesvormige 2 cm lange botteltjes worden in de winter graag gegeten door vogels waaronder koperwiek en kramsvogel. Ze bloeit in juni en juli met 4-6 cm grote bloemen. Ze is bij ons 'aangewaaid' en staat prominent langs het pad naar ons kweekveld.
Dit is zo'n plant waar je niet aan denkt als dat juist zou moeten en die je elke keer weer verrast als je haar ziet. Bijzonder donker grijs-blauw-groen blad, fantastische rood tot bruin-rode bottels aan welvende takken en leuke roze sterbloemetjes met een wit hart.
Ze groeit wild in de Alpen, Pyreneeën en Zuid Duitsland, verwilderd in Scandinavië.
Een fantastische bladplant die bovendien heerlijk bloeit en bottelt.
Deze wilde roos uit Oost Azië komt in Nederland verwilderd voor. Ze kan als struik 3 meter hoog worden of wanneer ze steun vindt tot 5 meter klimmen. Als struik maakt ze doorbuigende met 1 tot 2 cm grote bloemen in trossen. In het najaar maakt ze kleine oranje rode botteltjes.
Een heerlijke ziektevrije roos voor wat grotere natuurlijke tuinen.
Deze inheemse roos maakt goed eetbare bottels. Ze is als inheemse struik bovendien bijzonder nuttig voor vogels en insecten.
Het blad geurt vooral bij vochtig weer heerlijk naar appeltjes. Deze vruchten zijn zeer rijk aan vitamine C. Ze maken er niet voor niets 'Roosvicee' van.
Bloeirijk en productief.
Onze wilde rozen zijn vermeerderd uit originele autochtone (inheemse) herkomst.
Een snelgroeiende nieuwe cultivar.
Lekker dik blad, bossige plant.
Robuust in de tuin, productief genoeg voor de zware gebruiker.
Deze rozemarijn behoort tot een bijzondere buitencategorie vanwege de heerlijke fruitige geur en het fijne zachte smalle naaldvormig blad
'Benenden Blue' heeft als synoniem 'Collingwood Ingram' naar de vinder, die ook wel 'Cherry' werd genoemd vanwege zijn passie voor kersenrassen. We traden zowel op Engeland als Corsica in zijn voetsporen.
Het verhaal over de aanrijding van Cherry en zijn chauffeur op Corsica past hier helaas niet.
Een heerlijke diep blauwe kleur heeft deze plat groeiende vorm met licht gebogen takken.
De kruipende vormen, zoals daze bloeien veel rijker en ook vaak al voor de winter.
Daar staat tegenover dat ze misschien iets vorstgevoeliger lijken te zijn.
Ideaal voor een hoge pot waarin ze elegant over kunnen hangen.
'Boule' was een van mijn eerste kruipende rozemarijnen, zo'n 25 jaar geleden gevonden in Zuid Frankrijk.
Lijkt qua diep blauwe kleur sterk op 'Corsican Blue' maar met een iets andere groeiwijze.
Haar takken zijn gebogen en het jonge hout is grijzig wit waardoor ze een regelmatige grijze bol vormt.
Kruipende vorm die tot een meter lang en breed kan worden.
Zeer volle bossige plant met fijne naalden die snel een pot vult.
Fantastisch die enorme watervallen van rozemarijn zoals je ze in zuid Frankrijk ziet. Bij ons doe je dat beter in pot.
Nog een kruipende vorm met fijn krullende takjes, korte naalden en metaal blauwe bloemen.
Prima voor de keuken en zeer leuk in pot.
Kruipende vormen zijn, ik zeg het nog maar een keer, wat minder winterhard dan opgaande. Maar je kunt het altijd proberen ze buiten te laten overwinteren.
De bekende schrijver van plantenboeken E.A. Bowles kreeg deze rozemarijn als stekje van zijn buurvrouw Euphemia en heeft de kloon naar haar vernoemd. Ze ruilden wel vaker zaden en stekken.
Het blad is grijzig groen en ze heeft kleine metaalblauwe bloemen.
Iets winterharder dan de meeste.
Een terecht bekroonde cultivar voor tuin en keuken.
Moraal: Koester je buuv.
We hebben er meer dan 20 jaar over gedaan om de teleurstelling te verwerken veroorzaakt door de smaak van onze eerste doornloze braam 'Thornless Evergreen'. In de tussentijd hebben we het gevecht met de verrukkelijke gedoornde bramen opgegeven. Dit is ook een wat ouder ras, maar de smaak is veel aromatischer, fris zoet zuur, heerlijk, zoals het hoort.
Snoei in het voorjaar de afgedragen takken weg en bind de nieuwe doornloze jonge scheuten aan draad.
Dwergvormen zijn erg populair omdat ze het ook mogelijk maken fruit te kweken in een kleine tuin of op je terras. Bramen kunnen nogal stevig groeien en de lekkerste rassen hebben doorns. Daar heeft deze helemaal geen last van. Het is niet alleen een dwergje zonder doorns de bramen zijn heerlijk zoet-zuur.
Deze is bovendien doordragend. Vanaf begin juli tot de eerste vorst kun je hiervan snoepen. Als je de plant diep terugknipt in het voorjaar rijpen de eerste vruchten in augustus.
De naam van dit nieuwe Amerikaanse ras duidt op drie deugden:
- zeer goed van smaak
- zeer productief met grote vruchten
- sterke stengels en ziekte bestendig
Oh ja; en doornloos.
De vruchten rijpen snel, dus oogst regelmatig.
Deze kruising tussen braam en framboos geeft al vanaf half juni vruchten aanzienlijk vroeger dus dan bramen. Goed rijp zijn ze zeer aromatisch en geschikt om vers te eten of voor verwerking.
Ze draagt op tweejarig hout, dus je snoeit in het najaar of vroege voorjaar de oude takken tot de grond terug. Ze maakt lange takken dus je teelt haar het beste aan draad. Twee planten per strekkende meter is dan voldoende.
'Autumn First' is een Zwitserse verbetering van de klassieke 'Autumn Bliss' met betere ziekteresistentie en smaak.
Herfstframbozen worden uiterlijk maart tot de grond terug geknipt voor oogst van begin augustus tot eind september. Vanwege de late rijping hebben ze geen last van de larven van de frambooskever.
Je plant ze in rijen aan draad op 30 tot 40 cm van elkaar. Tussen de rijen houden we 120 tot 150 cm afstand.
'Autumn First' is de vroegste herfstframboos.
De gele zijn heel lekker en leuk bovendien.
Prima opbrengst ook.
Rijp vanaf augustus tot de eerste vorst
Herfstframbozen knip je in de winter of voorjaar volledig terug tot de grond.
Als je dat niet niet doet heb je de hele zomer af en toe een framboos.
Een gezond productief ras dat vanwege haar ziekteresistentie ook zeer geschikt is voor professionele biologische teelt.
Als je veel last hebt van wormtjes in de vrucht dan kun je beter herfstframbozen kiezen.
Tamelijk grote ronde, diep rode vruchten rijp in juni-juli.
Frambozen teel je het beste aan draad. Snoei steeds overjarige scheuten weg.
Dit is een sterk vertakkende dwerg herfstframboos die dus ook goed in pot kan worden gehouden of als solitair in een border.
Je mag haar in het voorjaar diep terugknippen. Dan slaagt ze er nog in om in juli de eerste vruchten te produceren. Dat gaat door tot eind september.
De gele vruchten zijn zoet en aromatisch.
Investeer in fruit.
Een remonterend ras met zeer zoete vruchten.
Rijp: juni en opnieuw in september
Als je deze in het voorjaar helemaal terug knipt gedraagt ze zich als een herfstframboos en krijg je de eerste vruchten in augustus. De totale oogst zal dan niet minder zijn.
Een vroeg ras met vrij grote donkerrode vruchten.
Zeer goed aangenaam friszuur van smaak.
Deze framboos groet als een klein struikje en kan dus ook in pot. Ze heeft geen ondersteuning nodig. Je snoeit ze niet in het voorjaar, zoals herfstframbozen die op eenjarig hout vruchten maken, maar knipt in het najaar alleen de oude takken die hebben gedragen er uit.
De vruchten zijn zoet en aromatisch.
Letterlijk laaghangend fruit.
Tuinsnoep.
Een van de beste rassen van het moment. In de professionele teelt, met name biologisch het standaardras.
Zeer productief, ziekte resistent.
Aromatische niet te zoete langwerpige vruchten. Stevig en makkelijk te plukken.
Oogst vanaf juli.
Miraculeus wat je allemaal kunt kruisen, deze ontstond in 1979 in Schotland als kruising van framboos met loganbes (R. x loganobaccus).
Ze is zoeter dan loganbes en heeft een sterke aromatisch smaak.
Groeit als een braam, met kleine pijnloze doorntjes.
Deze kruising van een wilde Amerikaanse framboos met de gewone is een spectaculaire doorbraak. Ze heeft een bijzondere, wat rokerige harsachtige sterk aromatische smaak en bevat, zoals de donkere vruchten verraden, veel anthocyaan. Zeer gezond en lekker dus. Het is een verbetering van 'Black Jewel' vanwege betere smaak, meer opbrengst en omdat ze als herfstframbozen op eenjarig hout draagt. In het voorjaar knip je haar dus tot de grond terug. Ze rijpen in augustus / september.
Daar is weer zo'n gekke ingewikkelde kruising. Helemaal duidelijk is haar genetische oorsprong niet. Dat is een vraag voor D. Jennings van het het Scottish Crop Research Institute waar ze in 1988 werd gevonden.
De paarse vruchten rijpen in de eerste helft van juni.
Qua smaak houdt ze het midden tussen braam en framboos. De vruchtjes zijn relatief klein. Ze is doornloos, maar niet bijzonder ziekteresistent, dat hoeft bij braambozen geen probleem te zijn.
Een framboos mag je dit misschien officieel niet noemen. Maar ze zijn nauw verwant, groeien hetzelfde en vragen dezelfde verzorging als zomerframbozen. Vruchten komen aan het tweejarig hout. Je snoeit dus afgedragen oude takken tot de grond weg.
'Black Jewel' is zeer ziekteresitent en geeft een grote opbrengst aromatische vruchten.
Bijna een onkruid dat zich in onze vuurborder verplaatst via doorgebogen takken die steeds weer aanwortelen.
Je kunt ze natuurlijk ook netjes aanbinden en in toom houden.
Helemaal probleemloos.
Maar vooral heerlijk en prachtig met fijne rode haartjes op de stengels en de wit viltige onderkant van het blad. De bloemen en vruchten zijn net bloemstukjes.
Heerlijke sierstruik.
Een klasse apart; de kruising van Californische braam (R. ursinus), framboos en loganbes. Rudolph Boysen maakte deze kruising in 1923.
Zachtzure bijna zwarte vruchten.
Ze groeit als een braam, maar dan doornloos en smaakt als een braamboos.
Aanbinden.
Rechter James Harvey Logan experimenteerde omstreeks 1880 in zijn tuin in Santa Cruz met het zaaien van wilde bramen (Rubus ursinus). Enkele van zijn zaailingen bleken kruisingen tussen braam en framboos te zijn.
Loganbes draagt op tweejarig hout. Je snoeit dus elk jaar afgedragen takken tot de grond. Ze heeft niet-agressieve stekeltjes.
De bessen rijpen van augustus tot september en zijn zoet-zuur, lekker fris dus.
De doornloze kruising tussen Californische berenbraam (R. ursinus) en framboos. Vruchten ongeveer 3x zo groot als frambozen.
Snoei: afgedragen takken verwijderen.
Plantafstand: 50 cm in de rij.
Pluk: juli-september
Opmerkelijk sterk van smaak.
Heerlijk, een soort wonderfruit.
Hier gaat het alleen om de bloembodem want bloemblaadjes ontbreken. De schutbladen nemen die rol over in het groen. Wat overblijft is de conische zwarte bloembodem met een groen kransje en dat wordt in onze borders meestal heel leuk gevonden.
Bloemschikkers worden hier heel hebberig van.
Subtiel, maar dus niets mis mee.
Zuring met rode aders, decoratief en uiteraard ook eetbaar.
Makkelijke vaste groente, misschien moet jet uitzaaien wat beletten.
Regelmatig tot de grond terug snijden zorgt voor mooi mals jong blad.
De bijzondere bladvorm met blauwe glans doet mij denken aan middeleeuwse kruidentuinen.
Als kruid gebruik je het maar zeer met mate, af en toe een paar bladpuntjes. Het kan abortief werken, dus liever niet van de wijnruit snoepen als je zwanger bent. De etherische olie in het blad kan in de zomer blaasjes op de huid veroorzaken.
De rups van de Koninginnen Page kan er maar niet genoeg van krijgen.
Deze recente introductie, voor zover wij weten gevonden in de botanische tuin van Auckland (Nieuw Zeeland), is een kruising van Salvia chamelaeagnea x scabra. Beide soorten zijn afkomstig uit Zuid Afrika en bij ons officieel half winterhard.
Of ze wellicht toch voldoende winterhard is voor de volle grond moeten we nog testen
In Engeland zijn ze winterhard, de kans is groot dat dat ook voor hier geldt.
Ze bloeit lang, heeft stevig puntig blad met een lichte aangename kamfergeur.
Deze fantastische recente vondst van Rolando Uria, de rood-roze variant van 'Amistat', heeft fuchsia-rode bloemen uit zwarte knoppen.
Ook deze komt uit warme streken en is het randje winterhard. De kans dat ze in de volle grond overleeft is groot.
De bloemen verkleuren onder invloed van de temperatuur en laten soms wat paars zien.
Iedereen houdt van haar, dus ze zal net als 'Amistad' wel weer snel uitverkocht raken.
Wow paars, deze kruising van Salvia guaranitica x S. gesnerifolia uit Argentinië.
Zwarte knoppen en donker paarse bloemen.
Eindeloos en rijk bloeiend.
Ze is wat op het randje, dus eventueel in een pot planten die in de koude kas of garage gemakkelijk overwintert. Waaghalzen laten ze ook wel met succes in de volle grond. Dat doen we zelf natuurlijk ook.
Een moet hebben salie.
Hier verheugen we ons al een tijdje op. Nu die leuke tweekleurige bloemen op de foto's ergens in de Himalaya van Salvia hians niet waar blijken te worden gemaakt kunnen we ons hier prima mee troosten.
'Azure Snow' is een makkelijke, goed winterharde plant. Net als veel andere Salvia kan ze als je ze in de zomer terug knipt herbloeien.
Blauw is bij herfstsalie een wonder maar het lukt steeds beter en vooral aangenaam zachtblauwe kruisingen te selecteren zoals 'So Cool Pale Blue' en nu deze van Jan Debusschere.
Het is een sprookje. Bijna lichtgevend zo helder is deze kleur.
Nu zijn wij weer aan de beurt. Binnenkort introduceren we 'Super Pixels'.
Voorlopig genieten we nog volop van deze sprankelende splinternieuwe heerlijkheid.
Dit snoepje is ook een van die fijne introducties die ons sortiment in 2019 verrijken.
Dysons maakte een kruising van een onbekende soort met een Salvia uit de Micophylla groep en vond zo deze compacte stralende nieuwigheid.
Salvia uit de Micophylla groep zijn half winterhard maar kunnen de meeste winters op een beschutte plek in de volle grond overleven. Ze verdragen tenminste -10.
Het kleurenpalet van deze Mexicaanse soorten (microphylla, greggi en jamensis) wordt alleen maar groter. Elk jaar testen we wel een paar nieuwe introducties. Dit is er zo een.
Blauw is bijzonder voor deze kruisingen, maar we hebben er misschien al wat veel.
Net als de rest half winterhard, dus in pot of op een beschutte plek planten.
In 2013 gezaaid door Diederik Riethorst. 'Hot Lips' was een van haar voorouders.
'Hercules' is net zo'n geval als 'Gea Viola': Het is niet Diederik z'n kleur maar ik ben er dol op.
We komen hier wel uit, maar mogelijk vergt dat nog jaren selecteren. Voorlopig vind ik dit een kanjer, vooral wat de bloemen betreft.
Microphylla type, dus vorstgevoelig, maar redelijk winterhard.
Dit is een boom van een salie, tenminste binnen het microphylla type.
Een van de beste selecties van Diederik uit winterharde vormen en door ons in 2017 geïntroduceerd. Ze staat al sinds 2012 in de volle grond en blinkt dus uit door haar winterhardheid en vormt door de jaren een houtige stam.
Ze heeft zeer grote aansprekende bloemen en groot blad.
Een schaamteloze nieuwe zaailing van Salvia 'Shame' met grote ronde zacht maar intens roze bloemen.
De groeiwijze is tamelijk opgaand.
Gevonden door Diederik, dus hoewel officieel half winterhard best kansrijk in de volle grond.
Een beetje gek wel deze Engelse introductie,, maar in ieder geval niet saai.
Zoals de meeste in deze genen pool wat vorst gevoelig, maar sterk genoeg om de meeste winters te overleven.
Voor wie zich net als ik afvraagt: Wat is een Streptopelia orientalis, of Oriëntaalse tortelduif? Zie foto 3.
De grote zus van Salvia 'Waverly', beide zijn waarschijnlijk kruisingen van Salvia leucantha x Salvia chiapensis.
'Phyllis Fancy' is het meest indrukwekkend. Ze werd gevonden in het Arboretum van Santa Cruz en vernoemd naar Phyllis Norris
Heerlijke romige violet-witte bloemetjes aan lange inkt-paars behaarde stelen.
Ze heeft bij ons haar eerste winter in de volle grond prima overleefd. Je kunt er natuurlijk ook een potplant van maken die je in een koude kas of garage overwintert.
Deze kruising van Salvia guarantica x Salvia orbingnaei is geselecteerd in Argentinie door Rolando Uria en Francisco Lozano en in 2022 geïntroduceerd op de Chelsea Flowershow.
Het is een compacte vorm met het uiterlijk van Salvia guaranitica. Ze zou nog iets winterharder zijn dan de originele 'Amistad' die we hier samen met de rest van de guaranitica's succesvol in de volle grond laten overwinteren.
Weer een vriend erbij.
Er is veel beweging op het Salvia guaranitica front. De grenzen worden voortdurend verlegd. In 1996 hadden we de fantastische 'Argentine Skies', 'Blue Enigma' en 'Purple Majesty'. In 1912 legde 'Amistad' de lat nog hoger en in 2019 waren we verbluft over 'Amante'. Ze zijn zo populair dat we er nooit genoeg van hebben. 'Rockin' Deep Purple' uit 2020 is compacter en bloeit nog wat uitbundiger en langer.
Winterhard, maar in het voorjaar komen ze soms niet op vanwege slakken.
Een zaailing van Salvia 'Red Velvet' gevonden door Diederik Riethorst in 2000. Door ons geïntroduceerd in 2002.
Subliem van kleur, rijkbloeiend. De grote donkere konings-rode bloemen zijn spectaculair.
In hetzelfde jaar op twee tuinbeurzen in voor- en najaar onderscheiden als beste plant van de show.
Met algemene instemming dus; de beste rode, een non stop show.
Salvia 'Royal Bumble' is door ons in 2002 geïntroduceerd en werd wereldwijd een groot succes. We zien ze in Frankrijk overal in plantsoenen van Carcassonne tot Nice.
Nog steeds is het volgens velen de beste rode.
Dit zusje, gezaaid in 2017, komt uit dezelfde bloedlijn waarin jarenlang is geselecteerd op donkere stelen en knoppen. Die zijn nu bijna zwart. Ik vind deze kleur geweldig.
Sorry voor de naam.
Dit is een van onze nieuwste introducties geselecteerd door Diederik Riethorst.
De kleur is heerlijk helder fluoriserend, lichtgevend bijna.
Misschien wel net zo'n belangrijke doorbraak als 'Royal Bumble' en 'Royal Velours'.
Op een beschutte plek in de volle zon winterhard.
Ik ben fan.
De belangrijkste sierwaarde vormen de prachtige grote zwaar grijs-behaarde rozetten. Het tweede jaar wordt het blad wat minder grijs en verschijnen er stengels met grote witte bloemen. Gertrud Jekyll adviseerde de bloeistengel weg te knippen om het grijze rozet te houden. Maar dat is onzin. De bloemen zijn al even fabuleus als het blad
Ze gedraagt zich bij ons meestal als tweejarige, maar kan volgens sommigen tot 30 jaar oud worden.
Het blauw van deze late bloeier is van ongekende schoonheid. Het grijs-groene smalle blad draagt daar aan bij. Een van mijn favorieten vanwege de aangename kleurstelling. De plant heeft tegen het einde van het seizoen soms wat steun nodig en moet absoluut in de volle zon staan om rijk te kunnen bloeien. Salvia azurea lijkt een beetje op de nog hogere Salvia uliginosa. Het blad van Salvia azurea is smaller, bijna lijnvormig met een grijze waas. Winterhard, voor een droge zonnige plek.
Nu we toch in het geurende blad zitten; dit is een van de verschillende vormen van de fruitige ananassalie.
De voordelen van deze: rijk en vroeg bloeiend, sierlijk hartvormig blad en de bloemen zijn evengoed eetbaar, voortreffelijk in salade of vruchtendrank. Een minpuntje is dat de geur iets minder sterk is dan van die van kampioen ananassalie, 'Scarlet Pineapple' dit wordt door extra vroege bloei ruimschoots gecompenseerd.
De ware ananassalie. Het blad ruikt meer naar ananas dan ananas naar ananas ruikt. De bloemen hebben een zachte ananassmaak met een druppel zoete nectar onderin. Het zijn de lekkerste bloemen die ik ken. Ze bloeit laat in het jaar of heel vroeg in het voorjaar, want dit is een kortedagplant.
De wortel is winterhard tot -15oC en overleeft de meeste winters in de vollegrond.
Een heerlijk geurende kuipplant, met creatieve culinaire toepassingen.
Lijkt op 'Honey Dew Melon' maar heeft donkerder blad en een vleug mandarijn in de geur. Net als 'Honey Dew Melon', rijker en veel eerder bloeiend en maar een klein beetje minder ananas geur dan 'Scarlet Pineapple'.
Een van de beste eetbare bloemen die bestaan.
Ananas Salie voor de bloemen.
Het kleine zusje van de te reusachtige en te laat bloeiende 'Indigo Spires'. Ze heeft wat meer het uiterlijk van Salvia farinacea (meelsalie) waarvan niemand weet dat dat ook een vaste plant is. Ze overleven beide soms buiten maar zijn dus net niet winterhard en je kunt ze natuurlijk als eenjarigen beschouwen maar in een koude kas overleven ze gemakkelijk.
Indrukwekkend van kleur en zeer lang bloeiend.
De nieuwe dwergvorm van 'Mystic Spires' die al sinds 2014 deel uitmaakt van ons sortiment. In 2018 onderscheiden als beste innovatie van de vakbeurs 'IPM' en in 2019 geïntroduceerd.
Behalve het verschil in hoogte zien we verder weinig verschil tussen deze kruisingen van de ouderwetse meelsalie met de reusachtige longispicata. Beide zijn net niet winterhard. In pot mag je ze koud overwinteren ze verdragen op een beschutte plek wel tot -10 graden vorst.
Deze opmerkelijke recente introductie met geveerd blad is in omloop als Salvia nemorosa. Het blad verraadt echter dat dit gekruist is met de Joegoslavische Salvia jurisicii. En dat was een bijzonder goed idee van de vinder, Jan Kraan. Haar habitus is wat compacter, minder los, dan Salvia jurisicii. Salvia nemorosa bloed lijkt qua textuur dominant. Ze bloeit vroeg en kan herbloeien wanneer je haar na de eerste bloei terug knipt.
Leuke nieuwigheid.
Deze opmerkelijke recente introductie met geveerd blad is net als haar zusje flamingo in omloop als Salvia nemorosa. Het blad verraadt echter dat dit gekruist is met de Joegoslavische Salvia jurisicii. En dat was een bijzonder goed idee van de vinder, Jan Kraan. Haar habitus is wat compacter, minder los, dan Salvia jurisicii. Salvia nemorosa bloed lijkt qua textuur dominant. Ze bloeit vroeg en kan herbloeien wanneer je haar na de eerste bloei terug knipt.
Leuke nieuwigheid.
Dit soort Salvia uit de Microphylla groep zijn meestal half winterhard. Dat betekent dat ze een strenge winter niet overleven in de volle grond maar makkelijk een tijdje -10 verdragen. In pot zijn ze dus makkelijk te overwinteren.
Deze heeft een heerlijke kleur en bijna zwarte stelen.
Ze lijkt op 'Nachtvlinder' maar heeft iets grotere bloemen.
Dit is de sensatie van 2019, deze uitzonderlijke nieuwe tweekleurige Salvia.
Ze is 'gevonden' door een amateur veredelaar uit Norfolk waar we nog veel meer moois van mogen verwachten.
In een flinke pot heb je er de hele zomer plezier van. Ze verdraagt tot ongeveer -12 en maakt dus ook in de volle grond een kans.