Wollig, diep olijfkleurig blad en een feestelijke hoos van opvallende fris roze bloemen in juni.
Probleem kan zijn; de overdreven rijke bloei. Bij ongunstig (nat) weer willen ze zich nog wel eens bijna kapot bloeien.
Maar meestal herstellen ze zich prima na een regen opdoffer.
Bloemenfeest dus.
Als deze bloeit is het blad onder de bloemen niet meer te zien. De sneeuwwitte bloemen hebben liever niet te veel regen, dat is logisch.
Gelukkig voor de naar nectar zoekende insecten is deze schoonheid goed vast.
Als het weer een klein beetje meevalt is dit rijkelijk sneeuw voor de de zon.
Vermoedelijk is dit een zeer oude cultivar uit 1914 van Six Hills Nursery. Maar in al die jaren wil wel eens wat verwisseld worden.
Dus we houden de aanduiding vaag.
Donkergroen blad en donkerroze bloemen. Sterk en betrouwbaar. In de winter kleurt het blad antraciet.
Vroeg en bijzonder rijk bloeiend.
Zeer plat.
In de verte op lavendel lijkende geur. Vandaar de volksnaam.
Compacte groei in een klein hoekig bolletje dat mooi vol blijft in het hart
Driehoekig blad als bij T. carnosus en T. camphoratus maar dan wat fijner.
Kan net als citroentijm wat last hebben van strenge vorst.
Bijzonder zeldzaam en geurig.
Zowel voor de keuken als voor de tuin. Veel compacter en aromatischer dan de gewone gezaaide wintertijm, het blad is stevig en een beetje dikvlezig.
Een heerlijk, net bol struikje.
Een van de beste voor keukengebruik.
Deze heerlijke bijzondere geur ben ik wel vaker in het wild tegengekomen in zuid Frankrijk: sinaasappel met een vleugje badedas kun je het noemen.
Wel meer iets voor heilzame verkwikkende thee met wat honing, dan in gerechten.
Het blad is grijs-groen.
Fris en fruitig in ieder geval.
Heerlijk en rijk bloeiend.
Deze kwam uit Spanje verbasterd tot ons als; Thymus faustini en bleek volledig winterhard.
Het is de recent ontdekte kruising uit de streek van Murcia van waarschijnlijk T. mastichina subsp. mastichina met T. granatensis subsp. micranthus en dat is een spannende combinatie.
Vooral de matig winterharde mastichina is heerlijk en bijzonder van geur.
De geur van tomillo maakt mij gelukkig.
Net als 'Emblue' een compacte bossige struik die ook in pot kan worden gehouden.
Matig grootvruchtig maar redelijk zelfbestuivend hoewel kruisbestuiving grotere vruchten geeft.
Een hybride ras met een zeer goede smaak ontstaan uit de kruising van Vaccinium corymbosum met Vaccinium angustifolium.
Klein maar fijn.
Deze kruising van Vaccinium ashei x corymbosum heeft een bijzondere kleur voor een bosbes. De klokjesbloemetjes doen mee met de grap en zijn ook leuk roze. Ze is uitstekend zelfbestuivend en zeer gezond. De bessen rijpen in augustus en smaken voortreffelijk fris zoet als een snoepje.
Ze houdt van humeuze licht zure grond.
Hier kun je echt indruk mee maken; roze blauwe bessen.
Een Amerkaans ras uit 1954.
Bijzonder grote, bedauwde goed bewaarbare vruchten met een aangename smaak.
Productief en droogteresistent.
Oogst: vier weken vanaf eind juli.
Een gemakkelijke ziektevrije struik. Goed zelfbestuivend voor oogst in juli.
Grote zoete vruchten, best vers van de struik gegeten, of tot maximaal na een week bewaren in de koelkast. Uiteraard behoren een luxe confiture of wijn ook tot de mogelijkheden.
Vanwege de bossige groei kan deze ook prima in pot. Liefst wat zuur, humeus en vochtig.
Grote rijkdom.
Deze compacte vorm geeft twee oogsten per jaar.
De eerste lichting bessen rijpt in juli-augustus. De plant blijft bloeien en draagt na een korte pauze met iets dikkere bessen door tot oktober.
Ze is goed zelf bestuivend en bestuift ook andere rassen.
Dit kleintje mag ook in pot.
'Sunshine Blue' is een blad houdende, laag blijvende, late blauwe bes met roze bloemen.
Ze is op jonge leeftijd wat gevoeliger voor strenge vorst en staat daarom het beste wat beschut.
De vrij kleine, zeer zoete vruchten rijpen in augustus.
'Sunshine Blue' is volledig zelfbestuivend, maar andere rassen in de buurt zorgen voor een grotere opbrengst.
Veenbessen groeien zodevormend, kruipend met tot 2 meter lange stengels. De vruchten zijn zeer rijk aan antioxidanten. Het is het wetenschappelijk bewezen wondermiddel bij blaasproblemen.
Ze vragen vochtige zure grond en zijn verder niet veeleisend.
Meestal verwerkt gegeten, als in 'cranberry sauce', jam, of sap.
Een superfruit.
Miss Cherry vormt een compact bladhoudend struikje dat sierlijk bloeit van mei tot juli en vanaf juli tot februari sierlijke helder glimmend rode zoet-zure bessen maakt in volle trossen. De bessen hebben een hoog gehalte aan antioxidanten en vitamine C. De plant is zeer winterhard en ziekteresistent.
Wel een beetje gedoe aangezien we kalkrijke grond hebben. Maar ze wortelt oppervlakkig, dus een dun laagje veen kan volstaan. In pot met zure grond kan natuurlijk ook.
Deze stinkt, maar het is een waardevolle heemplant voor vochtige plekjes waar nuttige insecten veel baat bij hebben.
Ik maakte er ooit preparaat van dat volgens Rudolf Steiner tegen nachtvorst zou beschermen. Een beetje raadselachtig en lastig te bewijzen of het echt werkt dus ik heb nog flesjes over.
We houden van haar omdat ze hier thuis hoort maar je maakt er geen sier mee.
Nu ik lees dat ze door Christopher Loyd en Fergus Garrett in het wild werd gevonden in Turkije begrijp ik waarom ik meteen zo enthousiast werd toen ik haar voor het eerst zag.
Ze bloeit explosief en lang en is sterk vertakkend vanuit dikke stengels. Bovendien is ze goed vast.
Opnieuw een uitstekend medicijn tegen geelvrees.
Deze fijne luchtige toorts komt wild voor van Zuid Europa en Noord Afrika via Afghanistan tot Siberië. Ze staat in de winter niet graag al te nat, maar is ook bij ons volledig winterhard.
Vlinders en bijen zijn er dol op. 'Blatta' is latijn voor mot.
Het blad-houdende rozet is leuk gekroesd.
Tweejarig of kort levend, dus wel laten uitzaaien.
Vaste toortsen zijn heerlijk combineer spul, toepasbaar in elke type border, samen met bijvoorbeeld Salvia, Geranium, of Echinacea.
Ze zijn wel kritisch op de grondsoort. Op onvoldoende doorlatende grond leven ze maar kort.
Zeer bruikbaar romig kleurtje ook.
En natuurlijk weer een introductie van Thierry Delabroye, dan weten we dat het goed is.
Een tamelijk opgaand groeiende vorm in een aangename kleur.
Nazomerbloemen die ook in de vaas kunnen.
Een van de allerbeste ereprijzen.
Spannend van kleur en ja hoor, alweer een aartje, alsof we daar maar niet genoeg van kunnen krijgen. Deze is mooi maar je moet er wel zo'n nieuwe Echinacea naast planten.
In Nederland zeldzaam wild voorkomend maar dan in paars-blauw..
Niet te nat graag.
Aarereprijs is een in Nederland vrij zeldzamae plant die van nature groeit in stenig grasland.
In het wild is ze meestal paars-blauw. Deze felgekleurde selectie is het bewijs dat inheemse planten niet altijd flets van kleur hoeven te zijn. Wellicht zijn we daar wat in doorgeschoten. Maar je kunt altijd een beetje blussen met wat Knautia arvensis (beemdkroon) er tussen.
Hetzelfde onverwoestbare prairiespul in een zachter roze en wat lager.
Dat roze is hier zelfs een beetje fluoriserend.
Duidelijk lager dan de meeste van deze van de prairie afkomstige planten.
Sterk, betrouwbaar en zeer bruikbaar.
De sterkst geurende en meest Victoriaanse (lees: frivole) viool die we hebben. Meerkleurige bloemen met een paarse buitenrand en crème van binnen. Zeer sterk geurend. Uit de rubriek violetta (miniatuur violen met een goede habitus). Gevonden door de violen-god die ons lang geleden audiëntie verleende: Richard Cawthorne.
Prachtig luchtverfrissend parfum.
Alle bloeikracht wordt bij deze amerikaanse soort opgespaard voor een explosie in het voorjaar. Tijdens de bloei is het hartvormige blad nog niet volledig ontwikkeld. Na de bloei wordt dat veel groter en krijgt de plant het karakter van een stevige zodevormende bodembedekker die het ook in de schaduw prima doet. Eigenlijk bloeit de plant wel door maar, net als Viola odorata met cleistogame bloemen. Na het voorjaar vormt ze onder het blad meteen zaaddoosjes, dus zonder bloemen.